Gender in opvoeding

Opvoeden is een moeilijke, maar ook een belangrijke en verrijkende taak die ouder(s) en opvoeders te doen staat.  In onze samenleving – en dus ook bij het opvoeden – spelen genderstereotypen een rol. Deze kunnen de verwachtingen en kansen van kinderen beperken. Net daarom is genderbewust opvoeden belangrijk voor de ontwikkeling en het welzijn van kinderen.

Bij een genderbewuste opvoeding krijgen kinderen, tieners en adolescenten een zo breed mogelijke basis waarin ze zelf kunnen ontdekken wie ze zijn, hoe ze in het leven (willen) staan, hoe ze zich identificeren en hoe hun lichaam in elkaar zit. Hoe meer vrijheid en mogelijkheden kinderen krijgen in deze zoektocht, hoe meer ze kunnen leren over zichzelf en de wereld. Toch worden kinderen van jongs af aan, vaak onbewust, in een bepaalde richting geduwd. Ze voelen al heel snel aan dat er bepaalde (vaak goedbedoelde) verwachtingen op hen geprojecteerd worden. Het is niet altijd makkelijk om te verschillen van de heersende gendernormen in opvoeding, maar het zorgt er wel voor dat kinderen een open blik krijgen op de wereld, respectvol omgaan met verschil en leren samenleven met de mensen rondom hen.

Leren over gender

Kinderen leren al op jonge leeftijd (2,5 tot 3 jaar) over de verschillen tussen mannelijke en vrouwelijke uitdrukkingen. Deze verschillen leren ze niet op basis van lichaamskenmerken, zoals het hebben van borsten of een penis, maar wel op basis van expressies, zoals gedrag, haartooi of kledij, en de betekenis die de omgeving daaraan geeft. Op latere leeftijd (5 tot 7 jaar) maken kinderen wel eenduidig gebruik van lichaamskenmerken om een onderscheid te makken tussen mannen en vrouwen.  Vaak leren ze hier dat er slechts twee (geboorte)geslachten bestaan, mannelijk of vrouwelijk, wat echter niet klopt. Net zoals bij gender, bestaan hier veel variaties in: lees meer over variaties in geslachtskenmerken.

Leren over gender op jonge leeftijd gebeurt dus voornamelijk door middel van observatie, imitatie en wat de omgeving op hen projecteert. Zo komen in rollenspelen de typische rolverdelingen binnen de maatschappij naar boven. Het kan absoluut geen kwaad om hen diverse rollen te laten verkennen. Dit scherpt namelijk hun creatief vermogen aan en betekent niet dat men het kind stimuleert of aanmoedigt om gedrag of gevoelens te ontwikkelen die we traditioneel zien als ‘’van het andere gender”. Het betekent wel dat het kind vrij is om te experimenteren, vrij kan doen wat hij/zij/die leuk vindt en gewoon zichzelf kan en mag zijn. Lees meer over gendervariant gedrag.

Belang van genderbewust opvoeden

Genderbewust opvoeden stimuleert kinderen en jongeren om zelf op ontdekking te gaan en geen limieten te stellen gebaseerd op genderstereotypen en verwachtingen. Genderstereotypen verhinderen soms dat kinderen bepaalde activiteiten uitproberen, net omdat de omgeving verwachtingen creëert op basis van hun jongen- of meisje-zijn.

Bijvoorbeeld: een jongetje dat heel graag ballet wil doen, maar steeds te horen krijgt dat “ballet alleen voor meisjes is”; of een leerkracht lichamelijke opvoeding die aan de klas vraagt “of alle sterke jongens eens kunnen komen helpen met die zware bank te dragen”.

Hierdoor missen kinderen kansen om hun eigen talenten in alle vrijheid te ontdekken en ontwikkelen. Een genderbewuste opvoeding helpt kinderen en jongeren keuzes te maken gebaseerd op hun persoonlijkheid, talenten, eigen voorkeuren, ... los van heersende stereotypen. Dit betekent echter niet dat genderverschillen ontkend worden of niet mogen bestaan. 

 

Tips voor genderbewust opvoeden

  • Beperk kinderen niet tot hun geslachtskenmerken en toegewezen geboortegeslacht, maar moedig hen aan om hun eigen gevoel van identiteit en verantwoordelijkheid te ontwikkelen in een koesterende, accepterende omgeving;
  • Wees emotioneel open, eerlijk en aanvaardend tegenover alle kinderen en moedig hen aan om hun gevoelens te uiten, ongeacht hun gender;
  • Vermijd taalgebruik of grapjes die genderstereotypen kunnen versterken, bijvoorbeeld “hij huilt als een meisje”, “’zij is echt een halve jongen”, “zij is een echt meisje “hij is veel te zacht voor een jongen”, enz. Vroeg of laat zal een kind zelf met stereotiepe uitspraken komen. Grijp deze momenten aan om deze uitspraken in vraag te stellen.
  • Vermijd om speelgoed en activiteiten te koppelen aan een gender, bijvoorbeeld “barbies zijn niet voor jongens”. Kijk vooral naar de interesses van een kind in een bepaalde activiteit of het uitkiezen van speelgoed, los van hun gender;  
  • Sta model voor gendergelijkwaardig gedrag in alledaagse rollen: doe als ouder/opvoeder een activiteit die traditioneel gezien met een ander gender geassocieerd wordt. Bijvoorbeeld: als vader of mannelijke opvoeder koken, poetsen, strijken, ...
  • Laat kinderen vrij experimenteren met verschillende rollen. Experimenteren hoeft niet te betekenen dat een kind genderdivers of transgender is (lees meer over gendervariant gedrag). Hoewel de meeste kinderen zich comfortabel gaan voelen met het gender dat ze bij de geboorte kregen toegewezen, bestaan er in alle culturen kinderen en jongeren die zich identificeren met een ander gender dan hetgeen hen werd toegewezen;
  • Ga op zoek naar boeken, televisieprogramma’s, speelgoedbrochures, … waarin genderstereotypen uitgedaagd worden en een inclusieve boodschap zit. Het beeld van kinderen wordt beïnvloed door de manier waarop ze voorgesteld worden in onze maatschappij. Jongetjes worden vaak als sterk, stoer, onafhankelijk, avontuurlijk en competitief afgebeeld; terwijl meisjes eerder rustig, zorgzaam lief en emotioneel worden afgebeeld. Ga op zoek naar materiaal dat deze rollen omdraait of combineert, ongeacht gender. Suggesties voor kinderboeken vind je in onze mediatheekExterne link
  • Niet alle genderdiverse kinderen ervaren genderdysforie. Als een kind tekenen van genderdysforie vertoont (bv. boosheid als het een jongetje of meisje wordt genoemd, angst in sociale situaties, druk op het kind, zelfbeschadiging, enz.), steun een kind dan om zijn/haar/hen genderidentiteit te begrijpen. Werk op verschillende niveaus samen (gezin/familie/school/hobbyclub/genderteam/...) om een omgeving te creëren die de genderverandering van een kind mogelijk maakt. 

Laatst nagekeken op: .