Jonge (inwonende) kinderen

Het kan lastig zijn om je gendervariante gevoelens, genderidentiteit of/en transitiewens te onderdrukken of voor jezelf te houden binnen een gezin. Verzwijgen hoe je je echt voelt en op je eentje door een zelfontdekking- en zelfaanvaardingsproces gaan, kost veel energie. Veel van je tijd gaat naar piekeren, verbergen, vluchten, opzoeken, experimenteren,... Dit kan op termijn een last worden voor jou, maar ook voor je kind(eren). 

Mogelijks ben je bezorgd om de reactie van en invloed op je kind. Belast ik hier niet te veel ons gezin mee? Zal ik mijn kind niet in de war brengen? Ontneem ik mijn kind een moeder- of vaderfiguur? Zal mijn kind gepest worden? ... 

Kies een geschikt moment

Het is altijd goed afwegen wat je wil en kan vertellen, rekening houdende met de leeftijd van je kind. Sommigen kiezen ervoor om hun kind bij meet af aan te betrekken. Dat biedt als voordeel dat je kind kan mee evolueren en wennen aan veranderingen. De meeste trans ouders kiezen er echter voor om hun kind pas in te lichten bij aanvang van een effectieve transitie. 

Wanneer en hoe je een coming-out doet bij je kind, bepaal je steeds zelf. Laat je hierbij niet onder druk zetten van een partner, leerkracht, familielid,... Het is wel verstandig om sowieso het gesprek aan te gaan wanneer er zich veranderingen (zullen) voordoen zoals naamswijziging en veranderend uiterlijk. Dit kan rechtstreeks of onrechtstreeks invloed hebben op je kind, en dus is het belangrijk om je kind op dit moment te betrekken. 

Op jonge leeftijd snappen ze misschien nog niet alles zo goed, maar ze voelen makkelijk aan dat hun ouder met iets worstelt. Ze detecteren bijvoorbeeld spanningen in het gezin, maar vragen niet altijd actief wat er precies aan de hand is.  

Reik emotiewoorden aan

Het is belangrijk om je verhaal zo goed mogelijk op te bouwen. Informeren gebeurt best stap per stap en op tempo van jouw kind. Houd hierbij rekening met wat je kind verbaal en non-verbaal uit. Biedt voldoende tijd en ruimte aan je kind om te wennen aan het idee.

Naargelang de leeftijd verwerken kinderen informatie op een andere manier. Beluister en besteed voldoende tijd aan het beantwoorden en bespreken van vragen. Geef duidelijk aan waar je wel en niet op wil antwoorden. Durf je kind(eren) ook te begrenzen in ongepaste, té nieuwsgierige of onbeleefde vragen. Het is meer dan oké om bij sommige zaken aan te geven dat je zelf nog naar antwoorden zoekt, en daardoor helaas weinig voorspelbaarheid kan bieden over wat de toekomst brengt voor jou en je gezin. 

Let er echter op dat je je kind ook niet opzadelt met twijfels, onzekerheden, onduidelijkheden,... want dat kan erg onveilig aanvoelen. Een kind kan zich perfect gelukkig voelen in elke gezinssamenstelling zolang er een basisveiligheid en vertrouwen is.

Geef ook zeker aan dat de (ex-)partner/andere ouder ook op de hoogte is, zodat het kind weet dat het ook bij hen terecht kan. Zorg dat er geen taboe over ontstaat. Benoem dat de ouderlijke rol en verantwoordelijkheid niet veranderen. Je kan nog steeds  een liefdevolle en zorgzame ouder zijn, en gezinsregels zullen nog steeds gelden. 

Pols meermaals naar de gevoelens van je kind en reik zelf een aantal emotiewoorden aan. Voor kinderen kan het moeilijk zijn om hun gevoelens onder woorden te brengen. Emotiewoorden kunnen hierbij helpen. Er zijn ook boekjes, films die specifiek inzetten op het uiten van emoties. Denk bijvoorbeeld aan de film 'Inside Out' of het boekje 'de kleuren van emoties'. Daarnaast kunnen ze zich ook op andere creatieve manieren uiten: een tekening maken, gedichtje schrijven, powerpoint maken, Playmobil popjes gebruiken om de beleefde gezinsdynamiek uit te beelden,... 

Overweeg professionele ondersteuning

Je kan een coming-out samen voorbereiden met een gezins- of kinderpsycholoog. Deze kan het welzijn van jouw kind mee opvolgen en een neutraal steunfiguur zijn. Voor kinderen is het niet altijd makkelijk om eerlijk te praten over hun gevoelens omdat ze bang zijn om jou te kwetsen, ruzie te stimuleren tussen beide ouders,... 

Soms voelt een kind zich geïsoleerd omdat het geen andere kinderen kent die ook een trans ouder hebben. Er is op dit moment jammer genoeg geen groep voor kinderen van trans ouders. Voel je aan dat je kind nood heeft aan begeleiding hieromtrent? Overweeg dan eveneens een gezins- of kinderpsycholoog of/en licht de school en CLB in. Zij zijn belangrijke partners in de opvolging van het emotionele welzijn van je kind. Meer informatie hierover vind je op de pagina over het informeren van de school.

Bevestig je ouderrol en denk na over aanspreektitels

Als ouder kan je het gevoel hebben dat je trans-zijn weinig aan de ouder-kind relatie verandert. Je blijft toch dezelfde persoon met dezelfde ouderlijke rol? Soms zijn kinderen toch bang dat ze hun ‘papa’ of ‘mama’ zullen verliezen. Het is belangrijk om het ouderschap blijvend te bevestigen ten aanzien van het kind: je blijft ouder van het kind, ook als je trans bent of in transitie gaat.

Het is tevens belangrijk om samen een aanspreektitel te zoeken waar iedereen zich comfortabel bij voelt. Dit kan een vlot klinkend ‘nonsens’-woord of een via internet gevonden vertaling van het woord ‘papa’, ‘mama’ of ‘ouder’ zijn. Vaak wordt ook geopteerd om de voornaam te gebruiken of kiezen mensen voor een samenvoegsel als 'mapa' of 'mapsie'. Verder kan je op een speelse manier oefenen op 'nieuwe' verwijs- en voornaamwoorden

Houd rekening met de leeftijd en ontwikkelingsniveau

Uiteraard is het belangrijk om leeftijdsadequaat te informeren. Een peuter begrijpt bijvoorbeeld de nuances van complexe identiteitsvorming nog niet. Het heeft ook weinig zin om moeilijke woorden te gebruiken. Maar welke woorden gebruik je dan wel?  

Peuters en kleuters (3-5 jaar)

Jonge kinderen zijn flexibel en verbazen volwassenen vaak in hun ’gewone’ reactie op dit nieuwe gegeven. Peuters en kleuters hebben een beknopte, duidelijke uitleg nodig in begrijpelijke taal, aangepast aan hun woordenschat van het dagdagelijkse leven. Maak daarom gebruik van termen die het kind al kent, bv. “Papa voelt zich geen meneer, maar ook geen mevrouw”, “Mama voelt zich meer een meneer dan een mevrouw”. "Jij hebt borstjes en mama heeft die ook. Mama voelt zich daar niet zo fijn bij. Die zullen binnenkort verdwijnen." Reik daarbij ook emotiewoorden aan: door de gevoelens te benoemen krijgen ze recht op bestaan.

De reacties tijdens een eerste gesprek zijn vaak klein. Geef aan dat er later nog kan terugkomen worden op het onderwerp of check de dag nadien of je kind nog iets van het gesprek weet en er nog iets over wil zeggen. Indien je kind vragen stelt, vraag je best goed door. Wat wil het nu exact weten? Vaak willen jonge kinderen concrete zaken weten. Beantwoord de vragen opnieuw beknopt en duidelijk. Je hoeft niet alles in detail uit te leggen. 

Het lagereschoolkind (6-12 jaar)

Kinderen van deze leeftijd beginnen concreter te denken. Een beknopte uitleg is nog steeds belangrijk, maar dient te worden aangevuld met meer specifieke informatie. Kinderen van deze leeftijd stellen vaak veel vragen. Ze uiten ook vaker hun ongerustheid. Opnieuw is het hierbij belangrijk door te vragen naar wat ze exact willen weten.

Misschien stelt je kind veel vragen waarop je het antwoord nog niet weet of die te confronterend zijn. Durf deze uit te stellen. Geef bijvoorbeeld aan dat je het een belangrijke vraag vindt, maar dat je hier nog eens goed over moet nadenken vooraleer je antwoord geeft. Geef ook gerust aan wanneer een vraag ongepast of te privé is.

Zet didactisch materiaal in

Kinderen kunnen creatief worden ingelicht met behulp van didactische materialen zoals prenten- en (voorlees)boeken, films en series en verduidelijkende afbeeldingen. Zo kunnen kinderen gevoelig worden gemaakt voor het diversiteit- en (trans)genderthema in z'n algemeenheid, en daarnaast meer te weten komen over hoe dit zich verhoudt ten opzichte van hun ouder.

Didactische materialen zorgen er vaak voor dat er op een losse en spontane manier gesprek ontstaat. Houd daarbij natuurlijk rekening met het taalniveau, de intelligentie, mate van maturiteit en leeftijd van je kind. 

De genderkoek is een handige conceptualisering van de diversiteit die bestaat op vlak van genderidentiteit, genderexpressie, geslachtskenmerken en seksuele/romantische voorkeur. 

Je kan een overzicht van (kinder)boeken, films, series en docu's rond genderdiversiteit en het transgenderthema vinden in onze online mediatheek. Ook onder de onderwijspagina's vind je veel educatief materiaal terug dat je ook thuis kan inzetten. 

Puber-adolescent (vanaf ongeveer 12 jaar)

Tijdens de puberteit krijgt de identiteit van jongeren meer vorm en zijn ze op vele vlakken in ontwikkeling. Wat de sociale omgeving of leeftijdsgenoten zeggen en doen wordt heel belangrijk. Er verandert een heleboel in hun leven, alsook de relatie met hun ouders: als ouder ben je in de ogen van je kind niet langer de enige of meest belangrijke persoon in hun leven.

Tieners die rond de puberteit voor het eerst te horen krijgen dat hun ouder trans is, hebben het meestal (tijdelijk) moeilijker om de transitie te aanvaarden in vergelijking tot jongere kinderen. Het leven staat op dit moment veel meer in het teken van de jongere zelf. Bovendien maken sommigen zich in deze leeftijdsgroep vaker zorgen over hoe de sociale omgeving hierop zal reageren. Schaamte- of ongemakkelijke gevoelens kunnen hierbij de kop opsteken. Soms maken ze zich ook zorgen om hun andere ouder en denken ze na over wat dit kan betekenen voor hun gezin. 

Het kan bedreigend voelen wanneer hun ouder concrete transitie stappen zet. Het is belangrijk om, ondanks deze significante periode in het leven van je kind, alsnog te proberen eerlijk te zijn. Spreek daarom vanuit je eigen gevoelens (maar ook niet te veel in detail, want dat schrikt tieners mogelijks af). Besef tot slot dat een dergelijk (moeilijk) gesprek aangaan een uitdagend leermoment is voor jouw kind en een zekere graad van maturiteit vereist.

Omdat het transgenderthema een beladen onderwerp kan zijn, deinzen sommige grens-aftastende pubers er niet voor terug hierover kwetsende opmerkingen te maken tijdens discussies. Probeer hierop zo neutraal mogelijk te reageren als ouder. Vermijd dat het thema een oorlogswapen wordt. Probeer het te aanvaarden als je puber er niet over wenst te spreken en aangeeft dat die het er moeilijk mee heeft. Na een tijdje draaien ze vaak bij, reacties staan niet vast. Een eerste reactie hoeft geen blijvende te zijn. 

Mogelijks reageert jouw tiener verrassend positief. Ze zijn opgegroeid in deze tijdsgeest en leerden over genderdiversiteit op school, via de (sociale) media, via vrienden,... mogelijks maken ze er helemaal geen punt van en worden ze je grootste supporter. 

Oudere (niet-inwonende) kinderen

De meeste zaken die hierboven staan zijn ook toepasbaar op oudere (niet-inwonende) kinderen. Ook voor hen is het belangrijk dat je in emotiewoorden spreekt en samen op zoek gaat naar een eventueel nieuwe aanspreektitel. Het grootste verschil is dat er meer afstand is tussen jullie beiden en je kind volwassen is. Jouw ouder kind is over het algemeen niet of veel minder afhankelijk van jou en leeft een eigen leven. 

Jouw transitie zal dus minder rechtstreekse invloed hebben op diens leven, maar dat betekent niet dat het een neutrale gebeurtenis is. Jullie wonen dan wel niet meer onder hetzelfde dak, jullie hebben nog steeds een relatie ten op zichte van elkaar. 

Mogelijke gevolgen voor kinderen

In een ideaal scenario staan beide ouders op één lijn en communiceren ze gelijkaardig. Dat is echter niet altijd mogelijk; denk maar aan gescheiden ouders of een ouder die het erg moeilijk heeft met de transitie. Ook dan is het belangrijk om zoveel mogelijk op één lijn te staan, want door ruzies, onderliggende spanningen, manipulatie,... raken kinderen al snel verzeild in loyaliteitsconflicten. Ze hebben dan het gevoel dat ze moeten kiezen tussen één van de ouders of/en dat de ene ouder de andere ouder veel verdriet aandoet. Dit soort conflicten hebben mogelijks een nefaste invloed op de verdere ontwikkeling van je kind.

Het hebben van een trans ouder hoeft geen nefaste gevolgen te hebben, zolang de continuïteit in de relatie tussen jou en je kind en het familiaal leven worden behouden. Net zoals bij een scheiding is het niet zozeer de transitie zelf die een nefaste invloed heeft op het kind, maar eerder het conflict errond. Open en eerlijke communicatie spelen een belangrijke rol. Kader ook dat dit een levenstransitie is, zoals er vele levenstransities bestaan. 

Het informeren en betrekken van (ex-)partners, familieleden, vriendjes en de schoolomgeving bij het transitieproces heeft vaak positieve effecten op het hele gezin. Zij kunnen een bron van steun en informatie zijn voor kinderen. Kinderen kunnen hierbij zelf inspraak krijgen in hoe en wanneer ze anderen betrekken.

Tenslotte is het van belang dat het verleden dat jij en je kind delen wordt erkend, en dat dit verleden ook in de toekomst een plaats blijft hebben1 . Hoewel sommige trans personen liever komaf maken met alles wat hen aan hun verleden herinnert, kan het voor kinderen toch belangrijk zijn om af en toe terug te kunnen kijken naar dit gedeelde verleden (bv. door het bijhouden van enkele uitgekozen foto’s).

Kinderen informeren die na de transitie geboren werden

Wanneer je als trans persoon ouder wordt, vraag je je wellicht af of en hoe je moet vertellen aan je kind dat je eerder in transitie ging. Indien je als trans man of non-binair persoon zwanger was, komt daarbij dat je best nadenkt over een manier om uit te leggen dat ook mannen zwanger kunnen worden. 

Verder zal je kind misschien ook vragen hebben rond jouw littekens, jouw geslachtsdelen en oude foto's. Of je kind zal merken dat het niet in het klassieke hetero- en cisnormatieve gezin opgroeit. Denk goed na hoe je hierover in gesprek wil gaan. Geef in ieder geval mee dat er een grote diversiteit in lichamen, genderidentiteiten en gezinnen bestaat, en dat elke vorm valide en mooi is. In onze mediatheekExterne link  vind je alvast enkele kinderboekjes terug alsook films en docu's over zwangere trans personen. 

Bij fertiliteitsbehandeling of draagouderschap

Maakte je gebruik van een eicel- of zaadceldonor? Mireille Van Sengelen ontwikkelde een reeks kinderboekjes (WereldwondertjeExterne link ) om kunstmatige inseminatie, ivf en eiceldonatie uit te leggen aan jonge kinderen. Wanneer je een fertiliteitsbehandeling ondergaat, word je doorheen dit traject goed ondersteund. De vraag naar of en hoe hierover te vertellen kan in deze begeleiding eveneens worden besproken.

Je doet er goed aan om je kind te vertellen over je trans-zijn (en ontstaan via fertiliteitsbehandeling of draagouderschap). Als trans ouder heb je de vrijheid wanneer je je kind hierover informeert. Er wordt hierbij wel aangeraden om jouw genderidentiteit, transitie (verleden) en het ontstaansverhaal gefaseerd te brengen zodat het voor je kind niet te overweldigend wordt. 

Er is het gezinsverhaal: welk soort gezinnen bestaan allemaal? Hoe ziet ons gezin eruit? Dit is verschillend van het buikverhaal: uit wiens buik kom ik? Hoe komt het dat ik uit die buik kom? Vervolgens is er ook nog het eitje-zaadje verhaal: van wie werd er een eicel en zaadcel gebruikt om mij te verwekken? Is deze persoon een ouderfiguur? 

Bij adoptie of pleegzorg

Koos je voor adoptie of pleegzorg, dan weet je dat je geacht wordt om je kind hiervan sowieso op de hoogte te brengen. Meer informatie kan je op onze kinderwens pagina terugvinden.

Tips

  • Lees ook de algemene tips om over je genderidentiteit te vertellen.
  • Durf direct, open en eerlijk te communiceren.
  • Pas je spreekstijl aan naargelang de leeftijd van jouw kind. 
  • Weet dat iets intiems delen de emotionele band kan versterken.
  • Vermijd een coming-out tijdens een ruzie.
  • Gun je kind tijd.
  • Plan iets ontspannend in na een coming-out.

Laatst nagekeken op: .