Algemeen

Mogelijks vraag je je af of en hoe je je kind(eren) moet vertellen over je gendervariante gevoelens en/of plannen tot het zetten van enkele juridische, medische en/of sociale stappen binnen een transitie. Het is uiteraard steeds afwegen wat je wil/kan vertellen, rekening houdende met de leeftijd van je kind(eren). Bij aanvang van een transitie die invloed kan hebben op je kind(eren) en gezinsleven is het in ieder geval belangrijk om je kind(eren) te informeren. Kinderen voelen namelijk gemakkelijk aan dat hun ouder met iets worstelt en dat er iets op til staat. Ze voelen bijvoorbeeld spanningen in het gezin, maar vragen niet altijd actief wat er precies aan de hand is.  

Het is belangrijk om je verhaal zo goed mogelijk op te bouwen. Informeren gebeurt best stap per stap op tempo van jouw kind. Houd hierbij rekening met wat je kind verbaal en non-verbaal uit. Biedt voldoende tijd en ruimte aan je kind om te wennen aan het idee. Uiteraard is het belangrijk om leeftijdsadequaat te informeren. Een peuter begrijpt bijvoorbeeld de nuances van complexe identiteitsvorming nog niet. Het heeft dan ook weinig zin om moeilijke woorden te gebruiken. Maar welke woorden gebruik je dan wel?  

Reik emotiewoorden aan

Naargelang de leeftijd verwerken kinderen informatie op een andere manier. Beluister en besteed voldoende tijd aan het beantwoorden en bespreken van vragen. Geef duidelijk aan waar je wel en niet op wil antwoorden. Durf je kind(eren) ook te begrenzen in ongepaste, té nieuwsgierige of onbeleefde vragen. Voorts is het meer dan oké om bij sommige zaken aan te geven dat je zelf nog naar antwoorden zoekt, en daardoor helaas weinig voorspelbaarheid kan bieden over wat de toekomst brengt voor jou en het gezin. 

Let er echter op dat je je kind(eren) ook niet opzadelt met twijfels, onzekerheden, onduidelijkheden,... want dat kan erg onveilig aanvoelen. Een kind kan zich perfect gelukkig voelen in elke gezinssamenstelling zolang er een basisveiligheid en vertrouwen is in diens ouders of opvoedingsverantwoordelijken. Geef ook zeker aan dat de (ex-)partner/andere ouder ook op de hoogte is, zodat het kind weet dat het ook bij hen terecht kan. Zorg dat er geen taboe over ontstaat. Benoem dat de ouderlijke rol en verantwoordelijkheid niet veranderen. Je kan nog steeds  een liefdevolle en zorgzame ouder zijn, en gezinsregels zullen nog steeds gelden. 

pols meermaals naar de gevoelens van je kind(eren) en reik zelf een aantal emotiewoorden aan. Voor kinderen kan het moeilijk zijn om hun gevoel onder woorden te brengen. Emotiewoorden kunnen hierbij helpen. Er zijn ook boekjes, films die specifiek inzetten op het uiten van emoties. Denk bijvoorbeeld aan de film 'Inside Out' of het boekje 'de kleuren van emoties'. Daarnaast kunnen ze zich ook op andere creatieve manieren uiten: een tekening maken, gedichtje schrijven, powerpoint maken, Playmobil popjes gebruiken om de beleefde gezinsdynamiek uit te beelden,... 

Het informeren van kinderen kan voorbereid worden met een hulpverlener die hieromtrent extra expertise heeft. Op het Transgender Infopunt kan men hiervoor terecht en op de zorgkaartExterne link  zijn psychologen terug te vinden. 

Een kind komt niet altijd in aanraking met andere kinderen in dezelfde situatie. Dat maakt het niet altijd makkelijk. Er is op dit moment jammer genoeg geen groep voor kinderen van trans ouders. Voel je aan dat je kind(eren) nood hebben aan begeleiding hieromtrent? Overweeg dan misschien een kinderpsycholoog of gezinstherapeut of/en licht de school en CLB in. Zij zijn belangrijke partners in de opvolging van het emotionele welzijn van je kind(eren). Meer informatie hierover vind je op de pagina over het informeren van de school.

Zet prenten- en (voorlees)boeken, afbeeldingen, films,... in

Kinderen kunnen creatief worden ingelicht met behulp van didactische materialen zoals prenten- en (voorlees)boeken, films en series en verduidelijkende afbeeldingen. Zo kunnen kinderen 1. gevoelig worden gemaakt voor het diversiteit- en (trans)genderthema in z'n algemeenheid en 2. meer te weten komen over hoe dit zich verhoudt ten opzichte van hun ouder(s). Didactische materialen zorgen er vaak voor dat er op een losse en natuurlijke manier gesprek ontstaat. Houd daarbij natuurlijk rekening met het taalniveau, de intelligentie, mate van maturiteit en leeftijd van je kind. 

De genderkoek is een handige conceptualisering van de diversiteit die bestaat op vlak van genderidentiteit, genderexpressie, geslachtskenmerken en seksuele/romantische voorkeur. 

Je kan een overzicht van (kinder)boeken, films, series en docu's rond genderdiversiteit en het transgenderthema vinden in onze online mediatheek. Ook onder de onderwijspagina's vind je veel educatief materiaal terug dat je ook thuis kan inzetten. 

Houd rekening met de leeftijd

Peuters en kleuters (3-5 jaar)

Jonge kinderen zijn flexibel en verbazen volwassenen vaak in hun ’gewone’ reactie op dit nieuwe gegeven. Peuters en kleuters hebben een beknopte, duidelijke uitleg nodig in begrijpelijke taal, aangepast aan hun woordenschat van het dagdagelijkse leven. Maak daarom gebruik van termen die het kind al kent, bv. “Papa voelt zich geen meneer, maar ook geen mevrouw”, “Mama voelt zich meer een meneer dan een mevrouw”. "Jij hebt borstjes en mama heeft die ook. Mama voelt zich daar niet zo fijn bij. Die zullen binnenkort verdwijnen." Reik daarbij ook emotiewoorden aan: door de gevoelens te benoemen krijgen ze recht op bestaan.

De reacties tijdens een eerste gesprek zijn vaak klein. Geef aan dat er later nog kan terugkomen worden op het onderwerp of check de dag nadien of je kind nog iets van het gesprek weet en er nog iets over wil zeggen. Indien je kind vragen stelt, vraag je best goed door. Wat wil het nu exact weten? Vaak willen kinderen concrete zaken weten. Beantwoord de vragen opnieuw beknopt en duidelijk. Je hoeft niet alles in detail uit te leggen. 

Het lagereschoolkind (6-12 jaar)

Kinderen van deze leeftijd beginnen concreter te denken. Een beknopte uitleg is belangrijk, maar dient te worden aangevuld met meer specifieke informatie. Kinderen van deze leeftijd stellen vaak veel vragen. Ze uiten ook vaker hun ongerustheid. Opnieuw is het hierbij belangrijk door te vragen naar wat ze exact willen weten. Durf als ouder ook eens een antwoord op een vraag uit te stellen als je niet zeker bent, of je je niet klaar voelt om hierop te antwoorden. Zeg bijvoorbeeld dat je het een belangrijke vraag vindt en dat je hierover eerst wenst na te denken, voor je antwoord geeft. Geef gerust aan als een vraag ongepast of te privé is.

Puber-adolescent (vanaf ongeveer 12 jaar)

Tijdens de puberteit krijgt de identiteit van jongeren meer vorm en zijn ze op vele vlakken in ontwikkeling. Wat de sociale omgeving of leeftijdsgenoten zeggen en doen wordt heel belangrijk. Er verandert een heleboel in hun leven, alsook de relatie met de ouder(s): als ouder ben je in de ogen van je kind(eren) niet langer de enige of meest belangrijke persoon in hun leven.

Onderzoek toont aan dat tieners die rond de puberteit voor het eerst te horen krijgen dat hun ouder trans is, het meestal (tijdelijk) moeilijker hebben om de transitie te aanvaarden dan jongere kinderen1 . Het leven staat op dit moment veel meer in het teken van de jongere zelf. Bovendien maken sommigen zich in deze leeftijdsgroep vaker zorgen over hoe de sociale omgeving hierop zal reageren. Schaamtegevoelens kunnen hierbij de kop opsteken.

Dit maakt dat wanneer de ouder de eigen genderzoektocht benoemt of hierin concrete transitiestappen zet, dit bedreigend kan overkomen. Het is belangrijk om, ondanks deze significante periode in het leven van het kind, alsnog te proberen eerlijk te zijn. Spreek daarom vanuit de eigen gevoelens (maar ook niet te veel in detail, want dat schrikt tieners mogelijks af). Besef tot slot dat een dergelijk (moeilijk) gesprek aangaan een uitdagend leermoment is voor de jongere en een zeker leven van maturiteit vereist.

Omdat het transgenderthema een beladen onderwerp is, deinzen sommige grens-aftastende pubers er niet voor terug hierover kwetsende opmerkingen te maken tijdens discussies. Probeer hierop zo neutraal mogelijk te reageren als ouder. Vermijd dat het thema een oorlogswapen wordt. Probeer het te aanvaarden als de jongere er niet over wenst te spreken en aangeeft dat die het er moeilijk mee heeft. Na een tijdje draaien ze vaak bij, reacties staan niet vast. Een eerste reactie hoeft geen blijvende te zijn. Biedt hen tijd en ruimte. 

Bevestig je ouderrol en denk na over aanspreektitels

Als ouder kan je het gevoel hebben dat je transgender-zijn weinig aan de ouder-kind relatie verandert. Je blijft toch dezelfde persoon met dezelfde ouderlijke rol? Toch zijn kinderen vaak bang dat ze hun ‘papa’ of ‘mama’ zullen verliezen. Het is belangrijk om het ouderschap blijvend te bevestigen ten aanzien van het kind: je blijft ouder van het kind, ook als je trans bent of in transitie gaat.

Het is tevens belangrijk om een aanspreektitel te zoeken waar iedereen zich comfortabel bij voelt. Men kan samen zoeken naar een nieuwe aanspreektitel: een vlot klinkend ‘nonsens’-woord of een via internet gevonden vertaling van het woord ‘papa’, ‘mama’ of ‘ouder’ kan een optie zijn. Vaak wordt ook geopteerd om de voornaam te gebruiken of kiezen mensen voor een samenvoegsel als 'mapa'. Verder kan je op een speelse manier oefenen op 'nieuwe' verwijs- en voornaamwoorden

Mogelijke gevolgen voor kinderen

In een ideaal scenario staan beide ouders op één lijn en communiceren ze als één front. Dat is echter niet altijd mogelijk; denk maar aan gescheiden ouders of een ouder die het erg moeilijk heeft met de transitie van de andere ouder. Ook dan is het belangrijk om zoveel mogelijk op één lijn te staan, want door ruzies, onderliggende spanningen, manipulatie,... raken kinderen al snel verzeild in loyaliteitsconflicten. Ze hebben dan het gevoel dat ze moeten kiezen tussen één van de ouders of/en dat de ene ouder de andere ouder veel verdriet aandoet. Dit soort conflicten hebben mogelijks een nefaste invloed op de verdere ontwikkeling van je kind(eren).

Echter hoeft een trans ouder hebben geen nefaste gevolgen te hebben, zolang de continuïteit in de relatie tussen ouder en kind en het familiaal leven worden behouden. Net zoals bij een scheiding is het niet zozeer de transitie zelf die een nefaste invloed heeft op het kind, maar eerder het conflict errond. Open en eerlijke communicatie spelen een belangrijke rol. Kader ook dat dit een levenstransitie is, zoals er vele levenstransities bestaan. 

Het informeren en betrekken van (ex-)partners, familieleden, vriendjes en de schoolomgeving bij het transitieproces heeft vaak positieve effecten op het hele gezin. Zij kunnen een bron van steun en informatie zijn voor kinderen. Kinderen kunnen hierbij zelf inspraak te krijgen in hoe en wanneer ze de gendertransitie van hun ouder bekend maken aan leeftijdsgenoten.

Tenslotte is het van belang dat het verleden dat het kind en de ouder delen wordt erkend, en dat dit verleden ook in de toekomst een plaats blijft hebben2 . Hoewel sommige trans personen liever komaf maken met alles wat hen aan hun verleden herinnert, kan het voor kinderen toch belangrijk zijn om af en toe terug te kunnen kijken naar dit gedeelde verleden (bv. door het bijhouden van enkele uitgekozen foto’s).

Kinderen informeren die na de transitie geboren werden

Wanneer de trans ouder zelf zwanger is geweest van diens kinderen, of wanneer de zaadcellen van de trans ouder zijn gebruikt ter bevruchting, kan ook dit gegeven al dan niet vertellen voor twijfel zorgen. Gelijkaardige gedachten kunnen aanwezig zijn bij ouders die gebruik hebben gemaakt van een donor. Mireille Van Sengelen ontwikkelde een reeks kinderboekjes (WereldwondertjeExterne link ) om kunstmatige inseminatie, ivf en eiceldonatie uit te leggen aan jonge kinderen. Jammer genoeg bestaan er hierover weinig tot geen kinderboekjes toegepast op transgender ouders.

Ouders die een ivf-traject aangaan of met donormateriaal werken, worden psychologisch begeleid in dit traject. De vraag naar of en hoe dit te vertellen kan in deze begeleiding eveneens worden besproken. De trans ouder heeft dus de vrijheid om het kind hierover (niet) te informeren. Er wordt hierbij aangeraden om de genderidentiteit van een ouder en het ontstaan van de kinderen in stappen te vertellen, om het kind niet te overweldigen. Er is namelijk het gezinsverhaal: hoe kunnen gezinnen er uit zien? Dit is verschillend van het buikverhaal: uit wiens buik kom ik? Vervolgens is er ook nog het eitje-zaadje verhaal. 

Ouders die voor een adoptie of pleeggezinprocedure kiezen worden wel geacht om het kind hiervan op de hoogte te brengen. Meer informatie over kinderen na een transitie kan je op onze pagina over kinderwens terugvinden.

Laatst nagekeken op: .